Volgens de onvolprezen wikipediapagina is dit de laag of het gedeelte van de aarde waar het leven zoals wij het kennen mogelijk is. Voor het algemeen begrip is dit het planten- en dierenrijk in al pracht en praal. Het mensdom neemt hier stilaan meer en meer een dominante plaats in.
Onder deze pagina past ook perfect het kaderen van de klimaatgordels en zones die in het huidig aardrijkskunde-onderwijs wat naar de achtergrond worden verdrongen. Eigenlijk vertaal je op deze manier dan best al het leven dat dankzij de 3 andere sferen kan blijven (over)leven.
Maar naargelang de neerslag én temperatuur kunnen we die biosfeer wat de plantengroei, dus de start van ieder voedingsweb, in enkele kenmerkende types onderverdelen.
In oudere versie van het aardrijkskunde-onderwijs werd er een “reis” rond de wereld gedaan van evenaar naar de polen. Dan werd ook sterk de link tussen klimaten en de bijhorende vegetaties gemaakt.
Van pool tot evenaar zou je dan kunnen spreken van:
- ijswoestijn
- toendra
- taiga
- loofwoud ( bladhoudend, bladverliezend en meditterraan )
- steppe
- woestijn ( tropisch, middelbreedten, ijs )
- savanne ( open, gesloten )
- regenwoud ( tropisch, gematigd )
In natuurwetenschappen wordt er bij het hoofdstuk ecologie dieper ingegaan in de wisselwerking tussen plant en dier alszijnde unieke systemen.